maandag 26 april 2010

Het paradijs van vandaag

De wereld van Hennie van den Bosch

Een dennenbos, een stapel boomstammen, een groepje schapen dat schaapachtig kauwend naar een knapperig houtvuur kijkt. Op het eerste gezicht is het een pastoraal tafereel.
Toch wringt er iets. De schapen kijken niet alleen schaapachtig, maar ook bijna verwonderd, alsof ze willen zeggen: 'Wat doen wij hier?' Bovendien vormen ze meer een toevallige samenscholing dan een kudde. En wie het hoog oplaaiende vuur heeft aangestoken is ook onduidelijk. Wie heeft hier de regie?
Al even onschuldig en gedesoriënteerd lijkt een beagle in een voorstelling waarin ook een stokroos, een iris, een enorme tulp en een al evenzeer uit zijn krachten gegroeide libelle, een sprinkhaan en een lieveheersbeestje zijn samengebracht. De hond, die we op de rug zien, lijkt afwezig, ongeïnteresseerd, in gedachten verzonken. Of verbaast hij zich? Het lijkt alsof al die dieren en planten bij toeval zijn samengekomen. Schijnbaar gewichtloos zeven ze door een perspectivisch onduidelijke ruimte, als astronauten op een ondefinieerbare expeditie.

'Het paradijs van vandaag' noemt Hennie van den Bosch (1958) haar wereld.

Eerder maakte ze olieverfschilderijen van 'mistige landschappen' en waterlelies, die waren geassembleerd uit gestanste figuurtjes uit glossy tijdschriften.

Misschien duidt de toevoeging 'van vandaag' er op dat haar laatste werk een voorlopige fase is. Maar een andere uitleg is geloofwaardiger: het paradijs zelf is voorlopig.

De beschouwer blijft een beetje verweesd achter bij het zien van deze sprookjesachtige wereld. Hij ziet een ruimte voor zich die doet denken aan de landschappen in middeleeuwse getijdenboeken, op gobelins of Byzantijnse mozaïeken. Niet toevallig laat de kunstenaar een hangbuikzwijn prominent zweven tegen een goudkleurige achtergrond. Goud is in de middeleeuwse verbeelding de kleur van het goddelijke. En dit gouden decor is andermaal bevolkt door fijn getekende dieren.

Dit ontoegankelijke en tegelijk vrolijke werk roept verwondering op, en soms onbehagen. Een gemoedstoestand die ook de dieren lijkt te bevangen. Heel mooi, dat paradijs, maar hoe komen we hier? En hoe komen we er weer uit?